woensdag 20 april 2016

* Suicide *


"Suicide Is Painless" heette de theme-song van de Robert Altman-film MASH uit 1970. De tekst werd naar verluidt geschreven door Altman's veertien(14!)-jarige zoon Mike. Rockcriticus Tom Carson kwam met een vileine variant in The Village Voice van 30 januari 1978: "Suicide Is Meaningless". Het was de kop boven zijn bespreking van het debuutalbum van het New Yorkse muzikantenduo Suicide, oftewel vocalist Alan Vega (geboren Bermowitz, 1938) en electronica-man Martin Rev (voluit Reverby, 1947). De plaat zou later door de muzieksite Pitchfork bij de beste elpees van de jaren 70 geschaard worden en door het Amerikaanse blad Rolling Stone bij de top 500 albums aller tijden, maar op dat moment waren nog maar weinigen klaar voor de muziek van Suicide. De eerlijkheid gebiedt te zeggen: ik ook niet.                                                                        
                                                                 - eerste LP (1977) -
Juni 1978 reisde Suicide als voorprogramma van Elvis Costello door Europa. Die toernee startte op 16 juni in de Ancienne Belgique te Brussel. Tien dagen later werd De Vereeniging in Nijmegen aangedaan, de dag nadat het Nederlands voetbalelftal tegen Argentiniƫ zijn tweede WK-finale op rij verloor. De nieuwe Elvis voor het eerst live zien was een probaat middel om de kater te verdrijven. (Nee, ik was 16 maar dronk toen nog niet.) Costello's tweede album This Year's Model was op dat moment mijn favoriete plaat. Goeie liedjes, instant-classics, van een angry young man die tegelijk een begenadigd songschrijver was, gewiekst leende uit de pophistorie en toch qua energie bij de new wave paste met zijn band The Attractions. Dat alles in traditionele gitaar-bas-drums-bezetting plus een orgeltje.
                                        Martin Rev, Alan Vega juni 78 Berlijn, pic Bob Gruen
Haaks daarop stond de onverhoedse confrontatie met Suicide in het voorprogramma. Beslist geen instant-classics. Anti-muziek uit een dreinend Farfisa-orgel, nerveusmakende ritmes uit een drummachine, allemaal uit de koker van Martin Rev. En afgezet tegen Costello was Alan Vega een Elvis-from-hell, een anti-entertainer die niet bezig was het publiek te behagen, maar juist de verhoudingen provocerend op scherp zette. Zoals eerder op de tour was ook nu een groot deel van het publiek laaiend, maar niet van enthousiasme. De vijandige ontvangst die Suicide overal ten deel viel is terug te horen dankzij opnames uit Brussel, die o.a. opdoken als 10"-flexidisc bij een 1980-heruitgave van de eerste LP en later ook werden toegevoegd aan de 2CD-versie die in 1998 verscheen bij Blast First/Mute (als '23 Minutes over Brussels').
                                                       eerste LP, Red Star-reissue 1980
De eerste editie van de debuut-LP telde slechts zeven nummers: 'Ghost Rider', 'Rocket U.S.A.', 'Cheree', 'Johnny', 'Girl', 'Frankie Teardrop' en 'Che'. De eerste twee daarvan zijn achteraf de prijsnummers. Vreemd genoeg werd als single gekozen voor 'Cheree', door Johnny Rotten in de NME als volgt besproken: "Complete rubbish, a combination of 'Je t'aime', taped hiss and something awful. Ignore." Een nog onwaarschijnlijker keus zou overigens 'Frankie Teardrop' zijn geweest, een beangstigende luisterervaring van ruim tien minuten over de twintigjarige fabrieksarbeider Frankie die niet genoeg verdient om rond te komen met zijn vrouw en kind van zes maanden en in wanhoop zijn dierbaren en zichzelf doodschiet. Volgens vele bronnen is Frankie een Vietnam-veteraan, maar uit de songtekst blijkt dat nergens. Het verhaal is niet gruwelijker dan 'The Ballad of Hollis Brown' (zeven doden) van Bob Dylan, maar die was nog gezellig vergeleken met Vega's door merg en been gaande paniekaanvallen.
                                                                  - tweede LP (1980) -
Om de burger weer moed te geven: Een stuk lichtvoetiger, naar Suicide-maatstaven dan, was het tweede album uit 1980. Een wederom titelloze plaat, nu met decadente elektronische disco, al klonk ook in 1980 niets of niemand als Rev & Vega. 'Diamonds, Fur Coat, Champagne' was de opener die direct liet horen dat Suicide uit een ander vaatje tapte. Eenieder die het eerste album inmiddels op waarde wist te schatten werd opnieuw verrast. Andere hoogtepunten: 'Fast Money Music', 'Be Bop Kid' en 'Dance'. Pas in 1988, nadat de heren ondertussen solo-platen hadden uitgebracht, verscheen een derde studioalbum, met de tamelijk flauwe titel 'Suicide - A Way Of Life'.

P.S. Mocht je de komende tijd geen nieuwe SMoRaS-posts aantreffen: deze Suicide-note is meaningless, niet bedoeld als vooraankondiging. De stemming alhier is opperbest.

                                                                1978 UK-advertentie

zaterdag 16 april 2016

* Ugly Things vol.1 (Australian Rock '65-67) *


Sommige platen wil je nooit meer kwijt. Vooral als je er lang achterheen gezeten hebt.
De LP Ugly Things vol.1 bijvoorbeeld, in 1980 uitgebracht door het Australische Raven Records.
Bij een vriend gehoord, pas jaren later een eigen exemplaar gescoord, crate-digging in Antwerpen.
Op de terugweg ging het nog bijna mis, liftend langs de snelweg. Duim omhoog, in wind en regen,
toen het plastic tasje van platenzaak Brabo dat ik tussen de mijn knieĆ«n had geklemd gegrepen werd door een windvlaag en wegwaaide. Achtervolging in paniek, van de weg af,  over het talud.
Had ik bijna beet, waaide de hoes uit de tas. Daarna rolde de plaat weg, in binnenhoes-van-cellofaan. Uiteindelijk kwam ik met de schrik vrij, alles net op tijd onder controle, plaat zowaar onbeschadigd!

The Missing Links (from Sydney) - 'You're Driving Me Insane' (1965)
their best-of-CD 'Driving You Insane' (1999 Half A Cow Records) offers more great Missing Links-originals, most notably 'Wild About You' (covered by The Saints on their '77-debut-album) and 'Speak No Evil'. Plus worthwhile covers of 'Some Kinda Fun' ('63 Chris Montez), 'Don't Give Me No Friction ('65 The Green Beans) and 'Mama Keep Your Big Mouth Shut' (Bo Diddley, Pretty Things).

The Black Diamonds (NSW Blue Mountains) - 'I Want, Need, Love You' (1966) - clip!

The Elois (Maryborough) - 'By My Side' (1967)

The Easybeats - 'Goin' Out Of My Mind' (1966) - intro!

The Vince Maloney Sect (Sydney) - 'No Good Without You' (1966)
- originally a Motown-song, written by William Stevenson, first recorded by Marvin Gaye ('65).
- '65 cover by The Birds (UK), lead guitar by Ron Wood (pre-Jeff Beck Group, Faces. Stones).
- a '69 cover by The Birds from Perth, Australia - including emigrated (British) Birds-roadies -
  can be found on 3CD-set 'Looking Back - 80 Mod, Freakbeat & Swinging London Nuggets'
- version by The Vince Maloney Sect inspired by Ron Wood & The Birds (UK)

------------------------------------------------------------------

P.S.: The five songs mentioned above were also included on 'Ugly Things - the CD' ('92 Raven),
a 26 track compilation of the LP volumes 1, 2 and 3. From the latter came this brilliantly titled song
that can also be found on the 4CD-box 'Nuggets II … the British Empire and Beyond' ('01 Rhino)
and the 16 track CD 'Wild Things - Wyld Kiwi Garage 1966-1969' (1991 Flying Nun):

The Bluestars (Auckland, New Zealand) - 'Social End Product' (1966)

vrijdag 8 april 2016

* Magazine *


De Engelse band Magazine zag ik ooit een concert geven op een onwaarschijnlijke plek, in Sporthal de Dumpel in Velp, een dorp ten oosten van Arnhem. In Velp gebeurde nooit iets, zeker niet op concertgebied, maar op 6 juni 1980 dus wel, op een plek waar normaal gezaalvoetbald werd en waar een maand later Edwin Rutten optrad voor een afgeladen zaal (800 man!) als Ome Willem. 
Hoeveel volk Magazine trok weet ik niet precies meer, maar de opkomst was behoorlijk als mijn geheugen me niet bedriegt, en de band was top. Nog met gitarist John McGeoch (die enkele maanden later in de Arnhemse Stokvishal terugkwam als lid van Siouxsie and the Banshees), natuurlijk ook met zanger Howard Devoto en toetsenman Dave Formula en, meest indrukwekkend, met de zwarte bassist Barry Adamson (later lid van Nick Cave's begeleiders The Bad Seeds). 
Vermoedelijk was ook drummer John Doyle van de partij, en daarmee de complete bezetting van het derde groepsalbum 'The Correct Use Of Soap' (release in mei 1980). Weliswaar dook McGeoch tussen januari en mei 1980 ook de studio in om mee te spelen op het derde Siouxsie-album 'Kaleidoscope', maar hij deed daarna nog wel optredens met Magazine, o.a. op zaterdag 3 mei 1980 in de Russell Club in thuisstad Manchester, getuige drie fenomenale live-tracks op de 12-inch-single 'Sweetheart Contract' (ook uit als 2x7").

Waarmee we komen bij het punt dat ik hier wil maken: Magazine liet een paar albums achter die zeker hun momenten hadden, maar wat mij betreft was de band nog beter op dreef op een reeks singles (waarbij de B-kanten vaak minstens zo goed waren als de A-kant), op het concertpodium en bij de ongepolijste sessies voor het radioprogramma van BBC-dj John Peel. De albums neigen soms naar gedragen symfo-pop, gedomineerd door de synth-partijen van Formula, in een iets te gladde productie. Terwijl Magazine ook rauw en opwindend kon klinken. Mijn zes favoriete Magazine-tracks (met link - in kleur):


Om te beginnen 'Shot By Both Sides', de A-kant van hun debuutsingle, verschenen in januari 1978 (met op de B-kant 'My Mind Ain't So Open'). Die A-kant verschilt van de versie die enkele maanden later uitkwam op het eerste album 'Real Life'. Zo begint de LP-versie direct met de gitaarriff die zo bepalend is voor het nummer, op de single is er eerst een aanloop van zo'n tien seconden.

Bij de weinige covers die Magazine opnam zaten opmerkelijke keuzes. Op de B-kant van hun tweede single 'Touch and Go' stond een bewerking van de John Barry-compositie 'Goldfinger', titelsong van de James Bond-film uit 1964, oorspronkelijk gezongen door Shirley Bassey. Op de B-kant van de derde Magazine-single 'Give Me Everything' stond een nummer dat werd geschreven door Don van Vliet alias Captain Beefheart voor zijn album 'Lick My Decals Off Baby' (1970), maar dat pas echt tot leven kwam in de zinderende vertolking door Devoto cum suis: 'I Love You, You Big Dummy'. 


Voor John Peel nam Magazine vier sessies op. In 1978 op 14 februari en 24 juli, in 1979 op 8 mei en tot slot in 1980 op 7 januari.
Tijdens de tweede sessie nam men het nummer 'Boredom' onderhanden, waarvan het origineel afkomstig was van de debuut-EP 'Spiral Scratch' van een andere band uit Manchester, The Buzzcocks. Opgenomen op 28 december 1976 met als zanger Howard Devoto, die het dus als Magazine-frontman anderhalf jaar later in een nieuw jasje stak.
Tijdens de derde Peel-sessie speelde Magazine een verbeterde versie van het eigen 'TV Baby', dat net daarvoor was uitgebracht als B-kant van de vierde single 'Rhythm of Cruelty'.


                      L-R: John Maher-SteveDiggle-Pete Shelley-Howard Devoto

B-kant van de vijfde single 'A Song from under the Floorboards' (februari 1980) was 'Twenty Years Ago'. Die B-kant kan wedijveren met het beste van Magazine, maar toch zou ik hier de live-versie verkozen hebben die in juli 1980 op de 'Sweetheart Contract'-12" werd uitgebracht. Helaas ontbreekt die live-versie op YouTube. Wel present is 'Feed The Enemy', eveneens opgenomen op die derde mei in de Russell Club, dat live de versie van hun album 'Secondhand Daylight' (1979) verre overstijgt, wat ik u brom.
Daarbovenop biedt de 12" naast de albumtrack 'Sweetheart Contract' (niet live) als derde live-track nog een spannende remake van de eerste single 'Shot By Both Sides'.


Om de zes bovengenoemde tracks in bezit te krijgen is wat zoekwerk nodig. Hoewel er van Magazine diverse verzamelalbums bestaan, zowel op lp als cd, ontbreekt tot op heden een compleet en definitief overzicht. Beste optie is de 3cd-set ' Maybe It's Right To Be Nervous Now', met als ondertitel 'A Collection of Rarities, B-sides and Peel Sessions'. Op dit boxje uit 2000 is het geluid beter dan op welke andere Magazine-compilatie, maar bij de 45 tracks is 'Shot By Both Sides' niet aanwezig in de versie van de debuutsingle (in plaats daarvan zowel een alternatieve opname als de Russell-Club-live-take uit 1980) en van 'Twenty Years Ago is er wel de studio-single, maar niet de Russell Club-single).

Andere mogelijkheid: kijk uit naar de CD 'Scree: Rarities 1978-1981' (circa 1991 door Virgin uitgebracht). Slechts 16 tracks, maar bij mijn weten de enige plek waar de drie Russell Club-tracks uit 1980 (Feed The Enemey/Twenty Years Ago/Shot By Both Sides) op CD zijn samengebracht. Bovendien staat ook de 'Big Dummy'-single op 'Scree'.

'Big Dummy' staat ook op de 2cd 'Touch and Go - Anthology 02.78 - 06.81' (uit 2009), ditmaal vergezeld van de originele single versie van 'Shot By Both Sides', maar hier weer geen live-tracks, noch de Peel-tracks. 

Laatste puzzelstuk: De derde CD uit de 'Maybe It's Right..'-set is in 2008 ook los uitgebracht als 'The Complete John Peel Sessions'.


Wie op zoek wil naar de originele vinyl-singles kan het beste beginnen bij discogs: https://www.discogs.com/artist/26054-Magazine

maandag 4 april 2016

* Keep A Knockin' *


James "Boodle It" Wiggins-Keep A Knockin An You Can't Get In (1928)


Milton Brown and his Brownies-Keep A Knockin' (1936)


Louis Jordan and his Tympany Five-Keep A-Knockin' (1939)


Little Richard-Keep A Knockin' (1957)